
In de les leren omgaan met stress
Dat jongeren veel stress en druk ervaren is bekend. Maar hoe help je ze daarmee beter omgaan? TNO-onderzoeker Minne Fekkes onderzocht een korte lessenserie voor scholieren in het voortgezet onderwijs.
‘De mentale gezondheid van jongeren staat onder druk. Uit verschillende monitors over jeugd komt dat naar voren. En steeds meer jongeren krijgen jeugdhulp. Zo geeft 40 procent van de jongeren aan dat ze last hebben van schoolstress. Meisjes hebben meer last van gevoelens van stress, depressie en angst dan jongens.
We kunnen niet altijd de stressoren wegnemen – denk aan klimaatstress, de jachtige samenleving anno nu, prestatiedruk – maar jongeren wel vaardigheden aanleren om met stress te kunnen omgaan. De beste plek is dan al snel het onderwijs, want jongeren brengen veel tijd door op school. Tegelijkertijd hebben onderwijsinstellingen geen tijd voor nóg weer een programma dat ze in het curriculum een plek moeten geven.
Vier lessen
Vandaar dat we vanuit TNO een beperkte interventie van jaarlijks vier lessen evalueren, die tijdens de mentoruren klassikaal gegeven kunnen worden. Elk opleidingsjaar kunnen vier nieuwe lessen – Mentorlessen over Stress (MoS), ontwikkeld door Psieg – worden gegeven, tot en met de vierde klas. De leerlingen leren hoe ze stress kunnen verminderen of op een andere gezonde(re) manier ervaren.
‘De aandacht voor stress in de lessen had jongeren ook meer stress kunnen bezorgen’
Vooraf dachten we: de aandacht die de interventie besteedt aan stress, kan ervoor zorgen dat scholieren juist meer stress ervaren. Maar ons evaluatieonderzoek onder 6.000 scholieren, waarbij de ene helft de interventie volgde en de andere niet, laat juist positieve effecten zien. Bijzonder, omdat het om slechts 4 lesuren gaat!
Wat blijkt? Scholieren hebben meer kennis over stress, kijken anders aan tegen stress – ze gaan er op een gezondere manier mee om – en herkennen beter wat er in hun hoofd en lijf gebeurt als ze stress hebben.
Perfectionisme
De bevindingen laten ook zien wat aan stressbeleving bijdraagt. Zo hangt het af van hoe dichtbij de bron van stress is. Klimaatstress scoort lager dan bijvoorbeeld een slechte sfeer in de klas of weinig steun ervaren binnen je gezin. Perfectionistische leerlingen hebben meer stress – dus behandelt de interventie ook het onderwerp fouten (durven) maken.
Wie denkt dat vooral vwo-scholieren een hoog stressniveau aangeven, heeft het mis. Weliswaar hangt stress op het vwo meer samen met perfectionisme, maar ook vmbo-leerlingen hebben een hoge stressbeleving. Op alle opleidingsniveaus rapporteren scholieren een hoog stresslevel. Waarom er geen verschillen zijn en of de oorzaken van stress wel verschillen, willen we nog uitzoeken.’
Lees meer over Mentorlessen over Stress (MoS)
Met kinderen co-creëren tegen klimaatstress
Overstromingen in binnen- en buitenland, hete zomers, watertekort. Het klimaat is ook voor jongeren een onderwerp waarmee ze regelmatig in aanraking komen. Een deel maakt zich zulke zorgen dat je kunt spreken over klimaatstress. Reden voor TNO om zich over dit nieuwe thema te buigen.
De term klimaatstress valt regelmatig in de media. Maar hoeveel kinderen hebben er eigenlijk last van? TNO-onderzoekers Olmo van der Mast en Jeroen Pronk startten met een verkennend internationaal literatuuronderzoek en zagen dat tussen de 30 en maar liefst 90 procent van de jongeren klimaatstress ervaart. Van der Mast: ‘Er is zelfs onderzoek in 15 landen waar 9 van de 10 jongeren aangeven klimaatstress te hebben. Wat betekent dat ze symptomen hebben als wakker liggen, moeite hebben zich te concentreren en zich mentaal minder goed voelen.’ Pronk: ‘Dat verminderde mentale welzijn heeft te maken met gedachten over wat de klimaatveranderingen voor gevolgen hebben voor henzelf.’
‘Sommige kinderen werkten zelfs in het weekend verder aan het lesmateriaal’
Dus ontwikkelden de onderzoekers samen met leerlingen van twee scholen lesmateriaal over klimaatverandering en -zorgen. Van der Mast: ‘We co-creëerden de inhoud met basisschoolleerlingen van een school in een hogeropgeleide wijk in Den Haag en van een school in een achterstandswijk uit Delft. Sommige kinderen waren zo enthousiast, dat ze zelfs materiaal mee naar huis namen om er in het weekend aan verder te werken. Zo hebben ze een klimaatbingo bedacht en een kletspot met stellingen gemaakt.’
Kledingstuk
Het lesmateriaal heeft vier leerdoelen: Kennis over het klimaat en de gevolgen van klimaatverandering vergroten; leren praten over klimaatverandering; weten wat je zelf kunt doen tegen klimaatverandering en omgaan met de gevolgen. ‘De kinderen uit groep 8 krijgen dus kennis aangereikt, leren omgaan met klimaatstress, voelen zich minder machteloos doordat ze weten wat zij ertegen kunnen doen en leren over klimaatadaptatie’, vat Pronk samen.
‘Kinderen uit een hogeropgeleide wijk waren meer bezig met klimaatverandering’
Leerlingen krijgen bijvoorbeeld de opdracht om hun ouder(s), broer of zus drie vragen te stellen over klimaatverandering, mogen een kledingstuk meenemen dat ze niet meer dragen en willen ruilen of kunnen een bordspel spelen met acties die je zelf kunt doen tegen klimaatverandering.
Directe gevolgen
In een eerste verkenning van de bevindingen valt er onder voorbehoud iets te zeggen over in welke mate kinderen klimaatstress ervaren en welk effect de lessenserie daarop heeft. Van der Mast: ‘De kinderen van de school in de hogeropgeleide, welvarender wijk in Den Haag waren er meer mee bezig. Mogelijk omdat hun ouders er thuis ook over spreken. Bij de leerlingen van een achterstandswijk uit Delft zagen we dat kinderen zich er minder druk over maken.’ Pronk: ‘Je zou kunnen zeggen, hoe lager op de piramide van Maslow, hoe minder klimaatstress speelt. Logisch: als je je zorgen maakt over geld voor boodschappen, heeft dat directere gevolgen voor het gezin dan klimaatverandering.’
Het materiaal sluit volgens de onderzoekers aan bij de wensen en behoeften van kinderen over dit onderwerp. Wel is nog de vraag of het even goed aansluit bij kinderen uit de lagere sociaaleconomische omstandigheden. Of het met de kinderen ontwikkelde lesmateriaal opgenomen moet worden in het onderwijsprogramma? Dat is geen vraag, vindt Van der Mast. ‘Als we op deze planeet willen blijven leven, dan moet klimaat op nummer 1 komen te staan.’
De piramide van Maslow wil zeggen dat mensen eerst hun basisbehoeften willen bevredigen: voedsel, dan veiligheid, vervolgens sociaal contact en zo verder tot uiteindelijk ruimte is om zichzelf te verwezenlijken.